Gastblog: Heb jij al een voorleesroutine?
Al van jongs af aan lees ik voor aan mijn zoon Philip (nu 7 jaar), vooral tijdens het ontbijt (foto). Dat is nu onze routine geworden. Wij zijn altijd vroeger wakker dan mijn man, dus Philip en ik ontbijten samen. En dan lees ik voor. Elke ochtend weer.
Zoals ik een ochtendmens ben, is mijn man een avondmens, dus hij brengt Philip naar bed. En daar hoort natuurlijk ook voorlezen bij. Zij lezen samen weer andere boeken. Verschillend repertoire, dezelfde routine.
Op zoek naar balans
Routines: voor de één benauwend, voor de ander een fijne houvast. Sommige mensen kunnen routines als blokkades voor creativiteit of productiviteit ervaren, anderen hebben veel baat bij voorspelbare activiteiten. Natuurlijk heb je balans nodig: vooraf bepaalde activiteiten en ruimte voor spontane ideeën. Die balans ligt voor iedereen anders. Dat hangt af van wat je belangrijk vindt en hoe je dagelijks leven eruitziet.
Routines zorgen ervoor dat je iets doet zonder dat je daar over na hoeft te denken. Het gaat vanzelf, het hoort bij jouw dag. En dat scheelt een hoop energie! Energie die je weer aan andere (spontane) dingen kunt besteden.
Wat heeft dit nu met voorlezen te maken, zul je je misschien afvragen? In een publicatie van het Center for Responsive Schools (1) wordt uitgelegd dat voorspelbare routines gedurende de dag de leerlingen helpen om hun energie en enthousiasme voor school vast te houden. En dit werkt ook zo met een voorspelbare routine van voorlezen: het helpt kinderen om hun energie en enthousiasme voor het lezen te behouden (en te vergroten!).
Steeds ietsje langer
In The Power of Reading (2) wordt vastgesteld dat kinderen die veel worden voorgelezen, vaker op eigen initiatief zelfstandig lezen. En hoe kregen de ouders of leerkrachten dat voor elkaar? Juist, door voorleesroutines te ontwikkelen. A Critical Handbook of Children’s Literature (3) zegt hierover: “Voorleesmomenten moeten elke dag plaatsvinden, opbouwende van vijf tot dertig minuten per dag naarmate het concentratievermogen van het kind zich ontwikkelt.” Met andere woorden: door steeds ietsje langer voor te lezen dan de dag daarvoor wordt voorlezen een routine.
Naast het bevorderen van zelfstandig lezen zijn er veel meer redenen om voor te lezen. Jan van Collie beschrijft in Leesbeesten en Boekenfeesten (4) verschillende functies van het (voor)lezen: de ontspannende, creatieve, emotieve, informatieve, zingevende en esthetische functie.
De belangrijkste reden om voorleesroutines te ontwikkelen, is dat je het jezelf makkelijker maakt. Zodra voorlezen een gewoonte is, hoef je niet steeds opnieuw te bedenken waar, wanneer en hoe dat dan moet plaatsvinden. Met voorleesroutines zorg je ervoor dat alle voordelen van het (voor)lezen, zoals Jan van Collie die beschrijft, zonder moeite of twijfel bijdragen aan de ontwikkeling van jouw kind(eren).
Jullie eigen voorleesroutine
Als routines er eenmaal zijn zoals bij ons, gaat het vanzelf. Maar hoe creëer je die routines? Hoe begin je? Het begin van het schooljaar is een prachtig moment om nieuwe routines in gang te zetten.
Hier volgen tips voor succes:
- Ga op zoek naar een logisch moment dat elke dag plaatsvindt: het ontbijt, in de tram/bus naar school, rustmomentje na de school-/werkdag, tijdens een veel voorkomend wachtmoment (bijvoorbeeld als je met het ene kind aan het wachten bent tijdens de zwemles van het andere kind), net na het eten, voor het slapen gaan.
- Zorg dat jullie leesmateriaal op een vaste plek ligt. Alles wat Philip en ik lezen, ligt op zijn leestafeltje. De boeken die mijn man aan hem voorleest, liggen naast het bed.
- Stem zo veel mogelijk van te voren af zodat er geen tijd en energie verloren gaat aan het bepalen wie voorleest, waar er voorgelezen wordt, etc. Hoe vanzelfsprekender en veiliger de routine voelt, hoe makkelijker het is om het vol te houden.
Het doel is dat jullie eigen voorleesroutines als een voorspelbare verrijking van jullie dag voelen waarin er, ondanks dat dat leesmoment vooraf is vastgesteld, ook rust en ruimte is voor spontane en creatieve ideeën. Of zoals basisschooljuf Hedwige Buys (5) zo mooi zegt: “Dat moment waarop jullie dicht tegen elkaar, gebogen over de prenten en gericht op het verhaal, even uit de hectische molen weten te ontsnappen, kan niemand je nog ontnemen.”
Veel (voor)leesplezier!
Verwijzingen:
(1) What Every 1st Grade Teacher Needs to Know: About Setting Up and Running a Classroom, Margaret Berry Wilson, Center for Responsive Schools, 2011
(2) The Power of Reading: Insights from the Research (second edition), Stephen D. Krashen, 2004
(3) A Critical Handbook of Children’s Literature (ninth edition), Rebecca J. Lukens, Jacquelin J. Smith, Cynthia Miller Coffel, 2013
(4) Leesbeesten en boekenfeesten: Hoe werken (met) kinder- en jeugdboeken?, Jan van Collie, 2007
(5) Voorlezen kan iedereen! Handboek met tips, interviews, voorbeelden, klassiekers. Biblion Uitgeverij, 2005.
Fleur is bibliotheekjuf op een internationale school in Zweden. Ze leest voor. Heel vaak. Alle groepen 1 t/m 7 komen één keer per week naar de schoolbieb om te worden voorgelezen. Zo hoopt Fleur bij te dragen aan meer leesplezier, thuis en op school. Lees meer over haar belevenissen op de ISGR Library Blog. Voor haar eigen verhaal- en vertaalavonturen kun je terecht op www.exlibrisfleur.com
Voorlezen begint met ERWASEENS
De verhalen in het voorleestijdschrift zijn zeer gevarieerd in lengte, niveau en genre. Er staan bekende en minder bekende sprookjes in en ook wereldverhalen, fabels, mythen en legenden, rijmpjes en gedichten en nieuwe verhalen.